Introductie

Blender stelt in staat om bijna elke eigenschap te animeren, van de X-coördinaat van een object tot de transparantie van een materiaal. De evolutie van de waarde van een eigenschap in de tijd wordt beschreven door een functie-curve, of F-Curve in het kort.

Een belangrijk aspect van F-Curve is dat ze kunnen interpoleren. Dit bespaart tijd om handmatig een waarde in te stellen voor elk frame, wat zeer onpraktisch zou zijn. In plaats daarvan stelt men slechts een paar waarden in op keyframes en laat de curve de waarden voor alle andere frames berekenen.

../../../_images/editors_graph-editor_fcurves_introduction_f-curves-concept.png

Voorbeeld van interpolatie.

Het voorbeeld van de curve aan de rechterkant heeft twee dergelijke keyframes (aangegeven door zwarte stippen): één op frame 0 met waarde 0, en een andere op frame 25 met waarde 10. De curve berekent automatisch de waarden voor de andere frames, zoals voor frame 5 waar de waarde 2 is.

Direction of Time

F-Curves zijn vergelijkbaar met Curve objects in de zin dat ze interpoleren tussen een set door de gebruiker gedefinieerde controlepunten. Er is echter een belangrijk verschil, omdat hun doel is om een enkele waarde op elk frame te definiëren: F-curves kunnen niet worden gesloten of op een andere manier zichzelf laten terugdraaien. Ze blijven altijd verder naar rechts doorgaan.

Als men probeert een curve naar links te laten gaan door één controlepunt voorbij een ander te slepen, wisselt het de volgorde van de punten om dit te voorkomen.

Twee controlepunten die wisselen: de curve kan niet terug in de tijd gaan!
../../../_images/editors_graph-editor_fcurves_introduction_moving1.png

Voordat het tweede keyframe wordt verplaatst.

../../../_images/editors_graph-editor_fcurves_introduction_moving2.png

Na het verplaatsen van de tweede keyframe.